Op motor avontuur in Nepal
Geplaatst: ma jul 15, 2024 23:05
Dag 0
In 2018 heb ik het geluk gehad een reis door Nepal te kunnen maken. Een land vooral bekend om de Himalaya en de Mount Everest. Ik begin maar gewoon met typen al zijn sommige details 6 jaar naar dato wat warrig aan het worden, ik had dit eerder moeten typen...
Het zal ook meer een reis dan een rijverslag zijn, maar uiteindelijk rijden we daarom ook toch?
Net als bijna iedereen was mijn doel de bergen te beklimmen waar ik jullie verder niet mee zal vermoeien. Echter had ik 2 extra weken voor de grote beklimming en geen concrete plannen. In een land dat zoveel toeristen binnen krijgt blijft dat gelukkig nooit zo. Per ''toeval'' zat er in de taxi die ik nam naar centrum Kathmandu ook een eigenaar van één van de duizenden reisbureautjes van de stad. Na wat babbelen kreeg ik een kaartje met het adres waar ik moest zijn voor allerhande wilde avonturen.
Enfin na een dag slenteren de volgende dag maar eens aangegaan waar het al snel over motorrijden ging. Er werd met alle gemak van de wereld een reis itinerary in elkaar geflanst. Dit bleek grofweg de route die Top Gear een aantal jaar later heeft gereden, ook echt de moeite waard en ze hebben aardig de sfeer in beeld kunnen brengen!
Of ik wel eens eerder in Nepal of überhaupt buiten Europa had gereden...?
Nee eigenlijk niet.
Of ik een gids wilde...?
Kost dat?
Blijkbaar minder dan een huurmotor...
Nouja doe maar dan.
Ja maar die man komt dan achterop...
Maar dat is niet de bedoeling.
Dan moet hij ook een motor...
Kost dat?
Ook geen donder want hij gaat op een 13 in een dozijn motor.
Doe maar dan.
Dus met meneer de reisbureau eigenaar naar een motorverhuur om een motor uit te zoeken.
Daarbij is de keuze gevallen op de UM DSR230:
Een Chinese kloon van het CB250 223cc blok met daaromheen iets dat ze zelf hadden gebouwd. Eigenlijk een best heel aardig aangekleed fietsje. Een dikke 17pk, korte gearing, versnellingsindicator, range meter enz enz. Eigenlijk completer dan de meeste fietsen die ik zelf sinds die tijd heb gehad.
De korte gearing was wat het land aanging perfect, je mag er immers maar 60 op de snelweg en dat zijn geen mijlen maar kilometers...
Dag 1
De volgende dag afgesproken bij het reisbureau waar ik ook mijn gids Binod ontmoete. Een beetje zenuwachtige gozer van mijn leeftijd (toen 25). Eenmaal kennis gemaakt was mijn rugzakje voor deze reis direct weg en al bij de gids op de rug die zijn eigen tas al voor z'n buik had geknoopt. Het moet gezegd worden die Nepalezen in het toerisme zijn echt eng dienbaar. Nadat ik hem die weer had afgepakt en we het eerste stukje route hadden besproken sprong ik op de DSR 250 hij op zijn Bajaj Pulsar 220, jaja hij had speciaal een snelle motor geregeld zodat hij de DSR 250 bij kon houden.
Foto'tje van onze motoren net buiten de stad
De eerste keer Kathmandu uit komen was ik maar wat blij met de gids. Buiten dat ze er links rijden hebben ze hele andere verkeersregels dan hier en eigenlijk ook anders dan hun geschreven regels die volgens mij niemand echt kent. Toen ik er later aan gewend raakte heb ik er erg veel lol aan gehad om solo door de stad te rijden. De eerste rit door de stad was echter vooral het achterlicht van de gids volgen door het verkeer. Eigenlijk was het een heel comfortabel fietsje dat vooral in de lagere versnellingen zo tegen bulten op kroop, er zit immers meer hoogteverschil in die stad dan in heel Nederland, waar je met de gemiddelde Nederlandse auto wel aan het zweten komt.
Eenmaal de stad uit belanden we direct in de file op de snelweg. Hier trok mijn goed voorbereide gids een paar mondkapjes tevoorschijn om tussen de file door te kunnen rijden. Nou is de snelweg daar maar enkelbaans zoals wij hier de provinciale wegen kennen, maar dan met happen uit het wegdek. Dus we reden tussen te rijrichtingen door, de reden voor de mondkapjes werd al snel duidelijk, de vachtwagens daar hadden de uitlaten naar het midden van de weg gericht en de roetfilters waren daar nog niet uitgevonden. Na een goede kilometer sloeg mijn mondkapje volledig dicht en heb ik hem maar afgedaan, als ik ooit aan longkanker overlijd wijd ik het aan de kilometers daarna.
Na een paar kilometer hield de file op maar werd het vooral niet beter wat betreft luchtkwaliteit. De snelweg lag namelijk tegen een berg waar onderaan een geul zat om water af te voeren, deze wordt echter helemaal vol met afval gegooid totdat het over de straat heen komt waarna het in de fik wordt gestoken. Zo ook deze dag dus alles was mooi zwart van het verbrande plastic. Dat mocht echter de pret van een open snelweg niet drukken dus al snel schoten we flink op. Eind van de middag stond raften op het programma, hoewel de rivier aardig tam was door het lage water toch een mooie dag gehad met een zootje andere toeristen. S'avonds uiteraard aan de borrel met genoemde toeristen waarbij mijn gids aan een ander tafeltje ging zitten... Beetje vreemd... Kort babbeltje leerde dat hij het niet gepast vond als gids/bediende/hulp bij de klanten aan tafel te zitten. Op de vraag of hij dat niet leuk was antwoorde hij juist van wel. Dus de beste jongen een biertje in z'n vingers gedrukt waarna hij ijs aardig gebroken was, na nog een paar biertjes nog veel meer want de mensen daar schijnen niet zo goed tegen alcohol te kunnen
Dag 2
De volgende dag vertrokken met een gids die nog een beetje gaar was van de avond daarvoor
Enfin een mooie kronkelroute door de bergen waardoor ik lekker het gooien en smijten kon proberen. Dat ging als verwacht eigenlijk bes wel heel lekker op deze fiets al had de gids wat moeite om bij te blijven. In de bochtige bergwegen was goed te merken dat de locals nooit echt hard rijden en en insturen en inhangen is gewoon een heel nieuw concept. Hun rijbewijs is ook een paar verkeersregels opsommen en een paar AVB oefeningen op een scooter.
Onderweg maar eens even gestopt bij een restaurantje waar meneer de gids tot zijn genot er achter kwam dat het lokale eten echt veel te scherp was voor mij
De eindbestemming was de jungle van Chitwan. Jaja gewoon een stuk regenwoud waarvan ik geen idee had dat ze dat daar hadden. We kwamen in de middag aan op een ''resort'' wat eigenlijk gewoon een hotel was aan de rivier die kronkelde van de krokodillen met aan de overkant neushoorns en allerhande jungle beesten.
Te voet even het dorpje verkennen kwam de gids met een lokale delicatesse die ik moest proberen. Een soort hol dunwandig koekje met water en kruiden er in. Bleek niet te scherp te zijn dus hij bestelde er direct nog 2 voor mij. De 3e bleek @#$%^$#@ scherp te zijn en zijn manier van wraak op het uitlachen van zijn kater. Enfin na een wilde achtervolging door het dorp maar vrede gesloten
S'avonds was hij er wel een beetje klaar mee dus heb ik hem met z'n balg in de zon op het terras achtergelaten om een stukje te gaan touren door de omgeving. Uiteraard moest er even getest worden hoe hard die DRS liep, dat bleek dus 118 op de teller te zijn gevolgd door een STOP POLICE bord... Dat ik te hard had gereden. Mwa dat klopte wel aardig, hoeveel te hard wist hij niet maar hij had een solide punt vond ik ook wel gezien ik 60 mocht. Wat dat ging kosten? 1000 roepies, ongeveer €8. Hij was het adres van adres van mijn hotel nodig om de boete te sturen, ja shit had ik niet... Werd alles even lastig. Pak een paar briefjes uit m'n broekzak om te kijken of ik 1000 zo op zak had. Bleek 300 te zijn, €2,34 precies, vond hij afdoende en wenste me een prettige dag. Ik dus later lachend terug bij de gids die me een idioot vond ik dat zoveel had betaald, voor 100 was die agent ook wel weg geweest
Dag 3
Toeristisch dagje met Safari tocht, boottocht in uitgeholde boomstammen over de krokodillen rivier enz enz.
Dag 4
We hebben onze weg vervolgd naar Pokhara, de 2e stad van het land waar vooral de jongeren op afkomen. Echter hadden wij de pech dat het er hoosde en in een stad met een paar honderd meter hoogteverschil met een goedkoop aangelegde waterafvoer betekent dat pilaren van 2 meter hoog uit de putten in het dal en tot het motorblok door het water rijden. Als een stel verzopen katten maar het hotel in gedoken, alles te drogen gehangen, wat gegeten en hopen op mooier weer de volgende dag.
Dag 5
Na een kort stukje rijden ineens een zwabberend gevoel in de motor, bleek heel de achterband leeg, lekke band. Huurmotor dus zet maar neer bij de 1e de beste ''dealer''. Dat ziet er dus zo uit...
Na dit korte oponthoud werd het al snel interessanter. We gingen namelijk van het ''verharde'' af en richting Muktinath, een tempelcomplex op zo'n 4km hoogte.
De rest van de dag reden we langs een kolkende gletsjer rivier omhoog. Erg gave uitzichten waar ik wonder boven wonder niet in geslaagd ben om op de foto te zetten.
Een stukje verderop kwamen we ''weg'' werkzaamheden en 4 zweden tegen die dezelfde bestemming hadden als ons maar dan zonder gids. Helaas hielden de wegwerkzaamheden voor de komende uren gestremd en konden er voor de veiligheid echt geen motoren tussendoor. Na wat gebabbel van de gids en een stapel briefgeld ter waarde van een paar euro richting de aannemer en de weg werd keurig voor ons vrij gemaakt.
Na wat gebabbel met de Zweden kwamen we er achter dat zij nog een stuk verder wilde doorrijden dan Tato Pani (ons eindpunt voor de dag) totdat mijn gids de vertaling daarvan gaf. Tato Pani betekent dus ''heet water'' en het dorp was dus vernoemd naar de heet water bronnen en baden. Daarna waren de Zweden in minder dan een half woord overtuigd en een half uur later werden we in de heetwater baden bediend en al
Na wat slap ouwehoeren en een aantal bier is besloten om verder samenop te reizen gezien het schema aardig overeen kwam.
Dag 6
Vandaag beloofd een meer uitdagende dag te worden met rivierbedding rijden en een doorwading.
Doorgaande weg in het dorpje
Echter voordat we zelfs maar daar aankwamen besloot 1 van de Zweden op z'n Royal Enfield 350 (Bullet of Classic?) bodemonderzoek te gaan doen. Niks aan de hand, gelukkig wel net voor de camera
Gezien het een heel stuk scheelde omrijden maar even de voetgangers/motor/ezel/eigenlijk-alles-wat-er-overheen-past brug gepakt.
Op een gegeven moment kregen één van de Zweden en ik de gang er goed in. Hij was een enduro rijder en zelfs op een Royal Enfield 350 moet er geraced worden, daar ging ik maar wat graag in mee. Na een aantal mooie slingers maar eens op de rest gewacht. En dat duurde... en duurde... Mmm zou er wat gebeurd zijn. Terug gereden. Daar stonden 2 lichtelijk geïrriteerde militairen ons op de wachten samen met ons reisgezelschap. We zijn dus volgas langs een checkpoint heen gevlogen waar we dus permits moesten kopen om het gebied te mogen betreden In onze verdediging heette het checkpoint GASSA wat er in blokletters stond. In het Zweeds betekent dat dus gewoon gasgeven.
Enfin een aantal excuses van ons, wat dreigende woorden van de militairen en nog wat excuses van ons de weg maar vervolgd
Uiteindelijk bij de rivieroversteek was ik heel blij met mijn kleine enduro'tje. Ik was slechts tot de knieen nat, de rest tot flink daarboven
Tot mijn grote verbazing reden de 2 Royal Enfieldjes zo naar de overkant... Luchtfilterbox en al onder water. Ik gooi het op wazige Hindi magie, maar ga mee in iedere betere verklaring...
Gewoon een paar foto's om de uitgestrektheid te showen
Jomsom, het enige plaatsje van betekenis, zijn we vlot door gereden. Door het vliegveldje best een stevig toeristisch plekje wat niet helemaal de sfeer pakte die we wilden.
Het volgende kleine dorpje was Kagbeni, een heel klein doorreis plekje voor Muktinath. Hier was wel 1 hotelletje open die eigenlijk net 2 slaapplaatsen te kort kwam. Gelukkig was er wel een kamer in aanbouw, nog niet meer dan 2 muren tegen het pand aan. Na het bevestigen dat we echt bleven slapen werden er ergens nog wat platen vandaan getrokken en 2 bedden en was ook de laatste kamer ''af'' voor mij en de gids
Iedereen was moe en toe aan bed behalve ik. Voor de grote beklimming had ik maanden getraind en was topfit, waar is die tijd gebleven, maargoed ik ging dus nog even op sjouw en vond al snel een bergwand om te klimmen. Bovenaan was een klein altaartje met de wapperende gebedsvlaggetjes die je in het hele land ziet. Ze hingen er wat treurig bij dus alles maar even netjes neer gehangen. Wat ik niet verwacht had was dat een paar monniken uit de tempel beneden dat blijkbaar een heel mooi gebaar vonden waarna ik toen ik beneden kwam werd uitgenodigd om eens binnen te kijken. Na een blik naar binnen te hebben geworpen had ik gezien dat het zo'n super serene tempel was 0,0 op toerisme ingericht. Het voelde wat ongepast dat te verstoren dus heb beleefd de uitnodiging afgeslagen.
Later hoorde ik dat toeristen regelmatig proberen hun weg naar binnen te kopen en dat het praktisch een gesloten tempel is waar je alleen op uitnodiging welkom bent De gids (een gelovige) was er zelfs een beetje teleurgesteld van dat ik hem niet even geroepen had.
Uitzicht over Kagbeni
In het hotelletje kwam ik er als bonus nog achter dat dit de Tibetaanse keuken was die uit gebieden komt die te hoog liggen voor scherpe kruiden, eindelijk een dag zonder m'n gehele spijsvertering in de fik
Woonkamer/keuken/restaurant/ontvangst van het hotel
Hoewel het een luxe was van 0,0 en het by far het goedkoopste hotel is waar ik ooit heb geslapen had het een bijzonder sfeertje, iets heel ''long way round'' over zich met vriendelijke mensen, lekker eten, prachtige omgeving en niet volledig omgeven door schreeuwende toeristen met grote cameras overal te zwaaien.
Dag 7
Vandaag gaan we naar Muktinath, de eindbestemming van deze rit. Ik kijk eens naar de kleine tankjes van onze motoren en herinner me dat we al dagen niet getankt hebben. Ik vraag de gids er eens naar en die begint te lachen met dat het allemaal wel meevalt. Alsnog regelt hij ergens bij een schuurtje een paar petflessen benzine. Mijn motor blijkt met ruim 1 op 40 de grootste zuiplap, de 3 Bajaj Pulsars hebben gewoon ruim 1 op 80 gelopen en er wil dus amper wat in de tank. Thuis heb ik nog geprobeerd om zo'n ding te importeren voor woon-werk, maar helaas komen die niet door de milieuwetgeving in de EU, snappen jullie het nog...
Enfin we dwalen af. We gingen nog aardig wat hoogtemeters maken dus zetten ons schrap voor een flinke klim over deze rotswegen. Echter na een paar bochten... Super strak asfalt, van de categorie waar we in Nederland nog trots op zijn... Nouja dat maakt het wel makkelijker en dat blijkt verderop geen overbodige luxe. Zo tegen de 4000 meter blijkt dat carburateur motortjes met nog geen 20 pk het langzaamaan toch zwaar krijgen bult op.
Eenmaal afgestapt blijken dat niet alleen de motoren daar last van hebben. Iedereen krijgt het redelijk voor de kiezen en mijn conditie waar ik zo hard voor gewerkt had was dat van een oude man. De Zweden hadden er echter nog meer last van en we gingen dus sjoksjok het laatste stukje omhoog terwijl de gids vrolijk een peuk opstak...
Waar ik wel verbaasd over was was dat het eigenlijk een Hindoe tempelcomplex is, maar dan met een gigantische Boeddha in de tuin (grappig detail de tempeltuin was de enige plek waar bomen groeiden) en Boeddha beeldjes in de tempel. Daar kunnen 2 geloven wel zo dicht bij elkaar bestaan zonder vanalles op te blazen of elkaar neer te steken...
Van hieruit was het plan weer naar beneden te rijden naar Tato Pani, na de kou van de bergen klonk dat wel heel goed eigenlijk.
Dus wij op pad en in Jomsom (het grotere plekje) is op enig moment verwarring ontstaan en waren we de gids kwijt. Geen fatsoenlijk bereik... De Zweden en ik hebben ons eens beraad... De motoren pontificaal in het zicht gezet en maar eens uitgebreid gaan dineren. Dik anderhalf uur later kwam de gids volledig verzopen en verkleumd aan. Hij was ons kwijt en dacht dat wij voor hem reden. Met een noodvaart naar de rivier, daar op ons gewacht, niet gevonden. Door de rivier naar een checkpoint, ook daar waren wij niet en de militairen hadden ons niet gezien. Weer terug, onze motoren volledig gemist in zijn haast, weer door de rivier heen, nog steeds waren wij niet bij het checkpoint, weer door de rivier en uiteindelijk onze motoren wel gezien.
Inmiddels stonden wij een warme maaltijd en een aantal versnaperingen voor dus hebben voor hem maar even alles wat warm was op de kaart besteld
Gezien we al een paar borrels verder waren maar een paar kamers genomen in het hotel/restaurant waar we zaten.
Dag 8
Ditmaal in plaats van de route bovenlangs zijn we onderlangs gereden door het dal, ook dat was zeker geen straf!
Eigenlijk gewoon een prachtige rit naar beneden gehad waarbij we steeds actiever werden door meer en meer zuurstof in onze longen. Uiteindelijk waren meneer enduro rijder op z'n Royal Enfield en ik weer in een race beland wat resulteerde in een highsider en een deuk in de tank voor de Royal Enfield. Gelukkig had de bestuurder niks en later bleek dit voor de verhuurder onder gebruikssporen te vallen, de tank was immers niet lek
Einde van de dag zijn we in Pokhara aangekomen waar we wederom met z'n allen er een mooie avond van hebben gemaakt en een hotelletje hebben gepakt.
Dag 9
We hebben het kompas inmiddels op Kathmandu staan wat nog een stevige rit is van eigenlijk net meer dan 1 dag. Daarom besluiten we om een mooie slingerend omleiding te nemen door de bergen. Eigenlijk gewoon praktisch alsof je in de Alpen rijdt, maar dan met 30 graden met net dat stukje extra verkeerschaos dat landen buiten de Westerse wereld bieden.
Helaas werd dit de koppeling van één van de Bajaj's fataal. Na het een en ander aan improviseren hebben maar een ''garage'' gevonden en een half uurtje later zaten er nieuwe platen in. Ergens in een voor ons naamloos dorpje maar een hotel genomen voor een laatste avond met de Zweden.
Dag 10
De laatste rijdag van deze ''tour''. Eigenlijk bestaat het vooral uit doorgaande weg richting Kathmandu, maar dan uiteraard wel met continue de imposante Himalaya in beeld. Uiteindelijk terug gekomen in de chaos van het Katmandu verkeer voelt het inmiddels veel vertrouwder aan.
Eigenlijk smaakt het na afscheid van de gids en de motoren naar meer.
Uiteindelijk zaten er nog een paar dagen tussen de bergbeklimming en het einde van de rit. Om deze dagen dan toch maar te vullen heb ik een Honda Hornet 150 gehuurd voor 3 dagen en solo de omgeving in en rond de hoofdstad verkend, maar dat is een verhaal voor later!
In 2018 heb ik het geluk gehad een reis door Nepal te kunnen maken. Een land vooral bekend om de Himalaya en de Mount Everest. Ik begin maar gewoon met typen al zijn sommige details 6 jaar naar dato wat warrig aan het worden, ik had dit eerder moeten typen...
Het zal ook meer een reis dan een rijverslag zijn, maar uiteindelijk rijden we daarom ook toch?
Net als bijna iedereen was mijn doel de bergen te beklimmen waar ik jullie verder niet mee zal vermoeien. Echter had ik 2 extra weken voor de grote beklimming en geen concrete plannen. In een land dat zoveel toeristen binnen krijgt blijft dat gelukkig nooit zo. Per ''toeval'' zat er in de taxi die ik nam naar centrum Kathmandu ook een eigenaar van één van de duizenden reisbureautjes van de stad. Na wat babbelen kreeg ik een kaartje met het adres waar ik moest zijn voor allerhande wilde avonturen.
Enfin na een dag slenteren de volgende dag maar eens aangegaan waar het al snel over motorrijden ging. Er werd met alle gemak van de wereld een reis itinerary in elkaar geflanst. Dit bleek grofweg de route die Top Gear een aantal jaar later heeft gereden, ook echt de moeite waard en ze hebben aardig de sfeer in beeld kunnen brengen!
Of ik wel eens eerder in Nepal of überhaupt buiten Europa had gereden...?
Nee eigenlijk niet.
Of ik een gids wilde...?
Kost dat?
Blijkbaar minder dan een huurmotor...
Nouja doe maar dan.
Ja maar die man komt dan achterop...
Maar dat is niet de bedoeling.
Dan moet hij ook een motor...
Kost dat?
Ook geen donder want hij gaat op een 13 in een dozijn motor.
Doe maar dan.
Dus met meneer de reisbureau eigenaar naar een motorverhuur om een motor uit te zoeken.
Daarbij is de keuze gevallen op de UM DSR230:
Een Chinese kloon van het CB250 223cc blok met daaromheen iets dat ze zelf hadden gebouwd. Eigenlijk een best heel aardig aangekleed fietsje. Een dikke 17pk, korte gearing, versnellingsindicator, range meter enz enz. Eigenlijk completer dan de meeste fietsen die ik zelf sinds die tijd heb gehad.
De korte gearing was wat het land aanging perfect, je mag er immers maar 60 op de snelweg en dat zijn geen mijlen maar kilometers...
Dag 1
De volgende dag afgesproken bij het reisbureau waar ik ook mijn gids Binod ontmoete. Een beetje zenuwachtige gozer van mijn leeftijd (toen 25). Eenmaal kennis gemaakt was mijn rugzakje voor deze reis direct weg en al bij de gids op de rug die zijn eigen tas al voor z'n buik had geknoopt. Het moet gezegd worden die Nepalezen in het toerisme zijn echt eng dienbaar. Nadat ik hem die weer had afgepakt en we het eerste stukje route hadden besproken sprong ik op de DSR 250 hij op zijn Bajaj Pulsar 220, jaja hij had speciaal een snelle motor geregeld zodat hij de DSR 250 bij kon houden.
Foto'tje van onze motoren net buiten de stad
De eerste keer Kathmandu uit komen was ik maar wat blij met de gids. Buiten dat ze er links rijden hebben ze hele andere verkeersregels dan hier en eigenlijk ook anders dan hun geschreven regels die volgens mij niemand echt kent. Toen ik er later aan gewend raakte heb ik er erg veel lol aan gehad om solo door de stad te rijden. De eerste rit door de stad was echter vooral het achterlicht van de gids volgen door het verkeer. Eigenlijk was het een heel comfortabel fietsje dat vooral in de lagere versnellingen zo tegen bulten op kroop, er zit immers meer hoogteverschil in die stad dan in heel Nederland, waar je met de gemiddelde Nederlandse auto wel aan het zweten komt.
Eenmaal de stad uit belanden we direct in de file op de snelweg. Hier trok mijn goed voorbereide gids een paar mondkapjes tevoorschijn om tussen de file door te kunnen rijden. Nou is de snelweg daar maar enkelbaans zoals wij hier de provinciale wegen kennen, maar dan met happen uit het wegdek. Dus we reden tussen te rijrichtingen door, de reden voor de mondkapjes werd al snel duidelijk, de vachtwagens daar hadden de uitlaten naar het midden van de weg gericht en de roetfilters waren daar nog niet uitgevonden. Na een goede kilometer sloeg mijn mondkapje volledig dicht en heb ik hem maar afgedaan, als ik ooit aan longkanker overlijd wijd ik het aan de kilometers daarna.
Na een paar kilometer hield de file op maar werd het vooral niet beter wat betreft luchtkwaliteit. De snelweg lag namelijk tegen een berg waar onderaan een geul zat om water af te voeren, deze wordt echter helemaal vol met afval gegooid totdat het over de straat heen komt waarna het in de fik wordt gestoken. Zo ook deze dag dus alles was mooi zwart van het verbrande plastic. Dat mocht echter de pret van een open snelweg niet drukken dus al snel schoten we flink op. Eind van de middag stond raften op het programma, hoewel de rivier aardig tam was door het lage water toch een mooie dag gehad met een zootje andere toeristen. S'avonds uiteraard aan de borrel met genoemde toeristen waarbij mijn gids aan een ander tafeltje ging zitten... Beetje vreemd... Kort babbeltje leerde dat hij het niet gepast vond als gids/bediende/hulp bij de klanten aan tafel te zitten. Op de vraag of hij dat niet leuk was antwoorde hij juist van wel. Dus de beste jongen een biertje in z'n vingers gedrukt waarna hij ijs aardig gebroken was, na nog een paar biertjes nog veel meer want de mensen daar schijnen niet zo goed tegen alcohol te kunnen
Dag 2
De volgende dag vertrokken met een gids die nog een beetje gaar was van de avond daarvoor
Enfin een mooie kronkelroute door de bergen waardoor ik lekker het gooien en smijten kon proberen. Dat ging als verwacht eigenlijk bes wel heel lekker op deze fiets al had de gids wat moeite om bij te blijven. In de bochtige bergwegen was goed te merken dat de locals nooit echt hard rijden en en insturen en inhangen is gewoon een heel nieuw concept. Hun rijbewijs is ook een paar verkeersregels opsommen en een paar AVB oefeningen op een scooter.
Onderweg maar eens even gestopt bij een restaurantje waar meneer de gids tot zijn genot er achter kwam dat het lokale eten echt veel te scherp was voor mij
De eindbestemming was de jungle van Chitwan. Jaja gewoon een stuk regenwoud waarvan ik geen idee had dat ze dat daar hadden. We kwamen in de middag aan op een ''resort'' wat eigenlijk gewoon een hotel was aan de rivier die kronkelde van de krokodillen met aan de overkant neushoorns en allerhande jungle beesten.
Te voet even het dorpje verkennen kwam de gids met een lokale delicatesse die ik moest proberen. Een soort hol dunwandig koekje met water en kruiden er in. Bleek niet te scherp te zijn dus hij bestelde er direct nog 2 voor mij. De 3e bleek @#$%^$#@ scherp te zijn en zijn manier van wraak op het uitlachen van zijn kater. Enfin na een wilde achtervolging door het dorp maar vrede gesloten
S'avonds was hij er wel een beetje klaar mee dus heb ik hem met z'n balg in de zon op het terras achtergelaten om een stukje te gaan touren door de omgeving. Uiteraard moest er even getest worden hoe hard die DRS liep, dat bleek dus 118 op de teller te zijn gevolgd door een STOP POLICE bord... Dat ik te hard had gereden. Mwa dat klopte wel aardig, hoeveel te hard wist hij niet maar hij had een solide punt vond ik ook wel gezien ik 60 mocht. Wat dat ging kosten? 1000 roepies, ongeveer €8. Hij was het adres van adres van mijn hotel nodig om de boete te sturen, ja shit had ik niet... Werd alles even lastig. Pak een paar briefjes uit m'n broekzak om te kijken of ik 1000 zo op zak had. Bleek 300 te zijn, €2,34 precies, vond hij afdoende en wenste me een prettige dag. Ik dus later lachend terug bij de gids die me een idioot vond ik dat zoveel had betaald, voor 100 was die agent ook wel weg geweest
Dag 3
Toeristisch dagje met Safari tocht, boottocht in uitgeholde boomstammen over de krokodillen rivier enz enz.
Dag 4
We hebben onze weg vervolgd naar Pokhara, de 2e stad van het land waar vooral de jongeren op afkomen. Echter hadden wij de pech dat het er hoosde en in een stad met een paar honderd meter hoogteverschil met een goedkoop aangelegde waterafvoer betekent dat pilaren van 2 meter hoog uit de putten in het dal en tot het motorblok door het water rijden. Als een stel verzopen katten maar het hotel in gedoken, alles te drogen gehangen, wat gegeten en hopen op mooier weer de volgende dag.
Dag 5
Na een kort stukje rijden ineens een zwabberend gevoel in de motor, bleek heel de achterband leeg, lekke band. Huurmotor dus zet maar neer bij de 1e de beste ''dealer''. Dat ziet er dus zo uit...
Na dit korte oponthoud werd het al snel interessanter. We gingen namelijk van het ''verharde'' af en richting Muktinath, een tempelcomplex op zo'n 4km hoogte.
De rest van de dag reden we langs een kolkende gletsjer rivier omhoog. Erg gave uitzichten waar ik wonder boven wonder niet in geslaagd ben om op de foto te zetten.
Een stukje verderop kwamen we ''weg'' werkzaamheden en 4 zweden tegen die dezelfde bestemming hadden als ons maar dan zonder gids. Helaas hielden de wegwerkzaamheden voor de komende uren gestremd en konden er voor de veiligheid echt geen motoren tussendoor. Na wat gebabbel van de gids en een stapel briefgeld ter waarde van een paar euro richting de aannemer en de weg werd keurig voor ons vrij gemaakt.
Na wat gebabbel met de Zweden kwamen we er achter dat zij nog een stuk verder wilde doorrijden dan Tato Pani (ons eindpunt voor de dag) totdat mijn gids de vertaling daarvan gaf. Tato Pani betekent dus ''heet water'' en het dorp was dus vernoemd naar de heet water bronnen en baden. Daarna waren de Zweden in minder dan een half woord overtuigd en een half uur later werden we in de heetwater baden bediend en al
Na wat slap ouwehoeren en een aantal bier is besloten om verder samenop te reizen gezien het schema aardig overeen kwam.
Dag 6
Vandaag beloofd een meer uitdagende dag te worden met rivierbedding rijden en een doorwading.
Doorgaande weg in het dorpje
Echter voordat we zelfs maar daar aankwamen besloot 1 van de Zweden op z'n Royal Enfield 350 (Bullet of Classic?) bodemonderzoek te gaan doen. Niks aan de hand, gelukkig wel net voor de camera
Gezien het een heel stuk scheelde omrijden maar even de voetgangers/motor/ezel/eigenlijk-alles-wat-er-overheen-past brug gepakt.
Op een gegeven moment kregen één van de Zweden en ik de gang er goed in. Hij was een enduro rijder en zelfs op een Royal Enfield 350 moet er geraced worden, daar ging ik maar wat graag in mee. Na een aantal mooie slingers maar eens op de rest gewacht. En dat duurde... en duurde... Mmm zou er wat gebeurd zijn. Terug gereden. Daar stonden 2 lichtelijk geïrriteerde militairen ons op de wachten samen met ons reisgezelschap. We zijn dus volgas langs een checkpoint heen gevlogen waar we dus permits moesten kopen om het gebied te mogen betreden In onze verdediging heette het checkpoint GASSA wat er in blokletters stond. In het Zweeds betekent dat dus gewoon gasgeven.
Enfin een aantal excuses van ons, wat dreigende woorden van de militairen en nog wat excuses van ons de weg maar vervolgd
Uiteindelijk bij de rivieroversteek was ik heel blij met mijn kleine enduro'tje. Ik was slechts tot de knieen nat, de rest tot flink daarboven
Tot mijn grote verbazing reden de 2 Royal Enfieldjes zo naar de overkant... Luchtfilterbox en al onder water. Ik gooi het op wazige Hindi magie, maar ga mee in iedere betere verklaring...
Gewoon een paar foto's om de uitgestrektheid te showen
Jomsom, het enige plaatsje van betekenis, zijn we vlot door gereden. Door het vliegveldje best een stevig toeristisch plekje wat niet helemaal de sfeer pakte die we wilden.
Het volgende kleine dorpje was Kagbeni, een heel klein doorreis plekje voor Muktinath. Hier was wel 1 hotelletje open die eigenlijk net 2 slaapplaatsen te kort kwam. Gelukkig was er wel een kamer in aanbouw, nog niet meer dan 2 muren tegen het pand aan. Na het bevestigen dat we echt bleven slapen werden er ergens nog wat platen vandaan getrokken en 2 bedden en was ook de laatste kamer ''af'' voor mij en de gids
Iedereen was moe en toe aan bed behalve ik. Voor de grote beklimming had ik maanden getraind en was topfit, waar is die tijd gebleven, maargoed ik ging dus nog even op sjouw en vond al snel een bergwand om te klimmen. Bovenaan was een klein altaartje met de wapperende gebedsvlaggetjes die je in het hele land ziet. Ze hingen er wat treurig bij dus alles maar even netjes neer gehangen. Wat ik niet verwacht had was dat een paar monniken uit de tempel beneden dat blijkbaar een heel mooi gebaar vonden waarna ik toen ik beneden kwam werd uitgenodigd om eens binnen te kijken. Na een blik naar binnen te hebben geworpen had ik gezien dat het zo'n super serene tempel was 0,0 op toerisme ingericht. Het voelde wat ongepast dat te verstoren dus heb beleefd de uitnodiging afgeslagen.
Later hoorde ik dat toeristen regelmatig proberen hun weg naar binnen te kopen en dat het praktisch een gesloten tempel is waar je alleen op uitnodiging welkom bent De gids (een gelovige) was er zelfs een beetje teleurgesteld van dat ik hem niet even geroepen had.
Uitzicht over Kagbeni
In het hotelletje kwam ik er als bonus nog achter dat dit de Tibetaanse keuken was die uit gebieden komt die te hoog liggen voor scherpe kruiden, eindelijk een dag zonder m'n gehele spijsvertering in de fik
Woonkamer/keuken/restaurant/ontvangst van het hotel
Hoewel het een luxe was van 0,0 en het by far het goedkoopste hotel is waar ik ooit heb geslapen had het een bijzonder sfeertje, iets heel ''long way round'' over zich met vriendelijke mensen, lekker eten, prachtige omgeving en niet volledig omgeven door schreeuwende toeristen met grote cameras overal te zwaaien.
Dag 7
Vandaag gaan we naar Muktinath, de eindbestemming van deze rit. Ik kijk eens naar de kleine tankjes van onze motoren en herinner me dat we al dagen niet getankt hebben. Ik vraag de gids er eens naar en die begint te lachen met dat het allemaal wel meevalt. Alsnog regelt hij ergens bij een schuurtje een paar petflessen benzine. Mijn motor blijkt met ruim 1 op 40 de grootste zuiplap, de 3 Bajaj Pulsars hebben gewoon ruim 1 op 80 gelopen en er wil dus amper wat in de tank. Thuis heb ik nog geprobeerd om zo'n ding te importeren voor woon-werk, maar helaas komen die niet door de milieuwetgeving in de EU, snappen jullie het nog...
Enfin we dwalen af. We gingen nog aardig wat hoogtemeters maken dus zetten ons schrap voor een flinke klim over deze rotswegen. Echter na een paar bochten... Super strak asfalt, van de categorie waar we in Nederland nog trots op zijn... Nouja dat maakt het wel makkelijker en dat blijkt verderop geen overbodige luxe. Zo tegen de 4000 meter blijkt dat carburateur motortjes met nog geen 20 pk het langzaamaan toch zwaar krijgen bult op.
Eenmaal afgestapt blijken dat niet alleen de motoren daar last van hebben. Iedereen krijgt het redelijk voor de kiezen en mijn conditie waar ik zo hard voor gewerkt had was dat van een oude man. De Zweden hadden er echter nog meer last van en we gingen dus sjoksjok het laatste stukje omhoog terwijl de gids vrolijk een peuk opstak...
Waar ik wel verbaasd over was was dat het eigenlijk een Hindoe tempelcomplex is, maar dan met een gigantische Boeddha in de tuin (grappig detail de tempeltuin was de enige plek waar bomen groeiden) en Boeddha beeldjes in de tempel. Daar kunnen 2 geloven wel zo dicht bij elkaar bestaan zonder vanalles op te blazen of elkaar neer te steken...
Van hieruit was het plan weer naar beneden te rijden naar Tato Pani, na de kou van de bergen klonk dat wel heel goed eigenlijk.
Dus wij op pad en in Jomsom (het grotere plekje) is op enig moment verwarring ontstaan en waren we de gids kwijt. Geen fatsoenlijk bereik... De Zweden en ik hebben ons eens beraad... De motoren pontificaal in het zicht gezet en maar eens uitgebreid gaan dineren. Dik anderhalf uur later kwam de gids volledig verzopen en verkleumd aan. Hij was ons kwijt en dacht dat wij voor hem reden. Met een noodvaart naar de rivier, daar op ons gewacht, niet gevonden. Door de rivier naar een checkpoint, ook daar waren wij niet en de militairen hadden ons niet gezien. Weer terug, onze motoren volledig gemist in zijn haast, weer door de rivier heen, nog steeds waren wij niet bij het checkpoint, weer door de rivier en uiteindelijk onze motoren wel gezien.
Inmiddels stonden wij een warme maaltijd en een aantal versnaperingen voor dus hebben voor hem maar even alles wat warm was op de kaart besteld
Gezien we al een paar borrels verder waren maar een paar kamers genomen in het hotel/restaurant waar we zaten.
Dag 8
Ditmaal in plaats van de route bovenlangs zijn we onderlangs gereden door het dal, ook dat was zeker geen straf!
Eigenlijk gewoon een prachtige rit naar beneden gehad waarbij we steeds actiever werden door meer en meer zuurstof in onze longen. Uiteindelijk waren meneer enduro rijder op z'n Royal Enfield en ik weer in een race beland wat resulteerde in een highsider en een deuk in de tank voor de Royal Enfield. Gelukkig had de bestuurder niks en later bleek dit voor de verhuurder onder gebruikssporen te vallen, de tank was immers niet lek
Einde van de dag zijn we in Pokhara aangekomen waar we wederom met z'n allen er een mooie avond van hebben gemaakt en een hotelletje hebben gepakt.
Dag 9
We hebben het kompas inmiddels op Kathmandu staan wat nog een stevige rit is van eigenlijk net meer dan 1 dag. Daarom besluiten we om een mooie slingerend omleiding te nemen door de bergen. Eigenlijk gewoon praktisch alsof je in de Alpen rijdt, maar dan met 30 graden met net dat stukje extra verkeerschaos dat landen buiten de Westerse wereld bieden.
Helaas werd dit de koppeling van één van de Bajaj's fataal. Na het een en ander aan improviseren hebben maar een ''garage'' gevonden en een half uurtje later zaten er nieuwe platen in. Ergens in een voor ons naamloos dorpje maar een hotel genomen voor een laatste avond met de Zweden.
Dag 10
De laatste rijdag van deze ''tour''. Eigenlijk bestaat het vooral uit doorgaande weg richting Kathmandu, maar dan uiteraard wel met continue de imposante Himalaya in beeld. Uiteindelijk terug gekomen in de chaos van het Katmandu verkeer voelt het inmiddels veel vertrouwder aan.
Eigenlijk smaakt het na afscheid van de gids en de motoren naar meer.
Uiteindelijk zaten er nog een paar dagen tussen de bergbeklimming en het einde van de rit. Om deze dagen dan toch maar te vullen heb ik een Honda Hornet 150 gehuurd voor 3 dagen en solo de omgeving in en rond de hoofdstad verkend, maar dat is een verhaal voor later!